Inleiding: – Traditioneel rechtvaardigen penetrerende abdominale wonden een routine laparotomie. Dit beleid kan echter worden aangepast aan het mechanisme van het letsel (steek- of vuurwapen) en de nauwkeurigheid van de beeldvormingsprocedures indien zij visceraal letsel uitsluiten en aldus een nauwgezette follow-up mogelijk maken.
Patiënten en methoden: Retrospectieve studie van 79 patiënten (mei 1995-mei 2002) met een penetrerende buikwond: (47 (59%) steekwonden en 32 (41%) vuurwapenwonden). Correlatie tussen beeldvorming en chirurgische bevindingen, behandeling, postoperatief beloop werden bestudeerd.
Resultaten: Achtenzestig patiënten werden vanaf het begin geopereerd, en 11 ondergingen een nauwgezette follow-up. Van de 11 patiënten die follow-up hadden, (9 na steekwond en 2 na vuurwond), moesten er twee geopereerd worden (1 in elke groep). Correlatie tussen beeldvorming en chirurgische bevindingen was goed bij 34 (72%) patiënten na steekwond en bij 21 (80%) na vuurwapenwond; het gemiddelde aantal viscerale letsels was respectievelijk 1 en 3. Zes patiënten (8%) overleden (mortaliteit: respectievelijk 2% en 16%), 12 (15%) hadden postoperatieve complicaties.
Conclusie: Penetrerende abdominale steekwonden kunnen worden behandeld door nauwe follow-up als beeldvorming visceraal letsel uitsluit. Vuurwapenwonden rechtvaardigen nog steeds routinematige laparotomie wegens zowel de multipliciteit van viscerale letsels als de slechte prognose.