Achtergrond: Het gebruik van chirurgische drains is beschouwd als verplicht na pancreas chirurgie. De rol van profylactische abdominale drainage om postoperatieve complicaties na pancreas chirurgie te verminderen is controversieel.Doelstellingen: Het beoordelen van de voor- en nadelen van routinematige abdominale drainage na pancreaschirurgie, het vergelijken van de effecten van verschillende soorten chirurgische drains, en het evalueren van het optimale tijdstip voor drainverwijdering.Zoekmethoden: Voor de laatste versie van deze review zochten we in CENTRAL (2016, Issue 8), en MEDLINE, Embase, Science Citation Index Expanded, en Chinese Biomedical Literature Database (CBM) tot 28 augustus 2016). Voor deze bijgewerkte review doorzochten we CENTRAL, MEDLINE, Embase, Science Citation Index Expanded, en CBM van 2016 tot 15 november 2017.Selectiecriteria: We includeerden alle gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken die abdominale drainage versus geen drainage vergeleken bij mensen die een pancreasoperatie ondergingen. We includeerden ook gerandomiseerde gecontroleerde studies die verschillende soorten drains en verschillende schema’s voor drainverwijdering vergeleken bij mensen die een pancreasoperatie ondergingen.Dataverzameling en analyse: We identificeerden zes studies (1384 deelnemers). Twee auteurs identificeerden onafhankelijk van elkaar de studies voor inclusie, verzamelden de gegevens en beoordeelden het risico op bias. Wij voerden de meta-analyses uit met behulp van Review Manager 5. Wij berekenden de risicoratio (RR) voor dichotome uitkomsten en het gemiddelde verschil (MD) voor continue uitkomsten met 95% betrouwbaarheidsintervallen (CI). Voor alle analyses gebruikten wij het random-effects model.Belangrijkste resultaten: Draingebruik versus geen draingebruikWe includeerden vier studies met 1110 deelnemers, die werden gerandomiseerd naar de drainagegroep (N = 560) en de geen-drainagegroep (N = 550) na pancreaschirurgie. Er was weinig of geen verschil in mortaliteit na 30 dagen tussen de groepen (1,5% met drains versus 2,3% zonder drains; RR 0,78, 95% CI 0,31 tot 1,99; vier studies, 1055 deelnemers; matig-kwaliteit bewijs). Draingebruik verminderde waarschijnlijk licht de mortaliteit na 90 dagen (0,8% versus 4,2%; RR 0,23, 95% CI 0,06 tot 0,90; twee studies, 478 deelnemers; bewijs van matige kwaliteit). We wisten niet zeker of draingebruik intra-abdominale infectie verminderde (7,9% versus 8,2%; RR 0,97, 95% CI 0,52 tot 1,80; vier studies, 1055 deelnemers; bewijs van zeer lage kwaliteit), of aanvullende radiologische interventies voor postoperatieve complicaties (10,9% versus 12,1%; RR 0,87, 95% CI 0,79 tot 2,23; drie studies, 660 deelnemers; bewijs van zeer lage kwaliteit). Draingebruik kan leiden tot een vergelijkbare hoeveelheid wondinfectie (9,8% versus 9,9%; RR 0,98 , 95% CI 0,68 tot 1,41; vier studies, 1055 deelnemers; bewijs van lage kwaliteit), en extra open procedures voor postoperatieve complicaties (9,4% versus 7,1%; RR 1,33, 95% CI 0,79 tot 2,23; vier studies, 1055 deelnemers; bewijs van lage kwaliteit) in vergelijking met geen draingebruik. Er was weinig of geen verschil in morbiditeit (61,7% versus 59,7%; RR 1,03, 95% CI 0,94 tot 1,13; vier studies, 1055 deelnemers; bewijs van matige kwaliteit), of duur van het ziekenhuisverblijf (MD -0,66 dagen, 95% CI -1,60 tot 0,29; drie studies, 711 deelnemers; bewijs van matige kwaliteit) tussen de groepen. Er was één drain-gerelateerde complicatie in de drainagegroep (0,2%). De gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven werd gemeten met de pancreas-specifieke kwaliteit-van-leven vragenlijst (FACT-PA; een schaal van 0 tot 144 waarbij hogere waarden wijzen op een betere kwaliteit van leven). Draingebruik kan leiden tot vergelijkbare scores voor kwaliteit van leven, gemeten na 30 dagen na pancreaschirurgie, in vergelijking met geen draingebruik (105 punten versus 104 punten; één studie, 399 deelnemers; bewijs van lage kwaliteit). Ziekenhuiskosten en pijn werden in geen van de studies gerapporteerd.Type drainWe includeerden één studie met 160 deelnemers, die werden gerandomiseerd naar de actieve draingroep (N = 82) en de passieve draingroep (N = 78) na pancreaschirurgie. Een actieve drain kan leiden tot vergelijkbare mortaliteit na 30 dagen (1,2% met actieve drain versus 0% met passieve drain; bewijs van lage kwaliteit), en morbiditeit (22,0% versus 32,1%; RR 0,68, 95% CI 0,41 tot 1,15; bewijs van lage kwaliteit) in vergelijking met een passieve drain. We wisten niet zeker of een actieve drain intra-abdominale infectie (0% versus 2,6%; bewijs van zeer lage kwaliteit), wondinfectie (6,1% versus 9,0%; RR 0,68, 95% CI 0,23 tot 2,05; bewijs van zeer lage kwaliteit), of het aantal extra open procedures voor postoperatieve complicaties (1,2% versus 7,7%; RR 0,16, 95% CI 0,02 tot 1,29; bewijs van zeer lage kwaliteit) verlaagde. Actieve drain kan de duur van het ziekenhuisverblijf licht verminderen (MD -1,90 dagen, 95% CI -3,67 tot -0,13; één studie; bewijs van lage kwaliteit; 14,1% afname van een ‘gemiddelde’ duur van het ziekenhuisverblijf). Aanvullende radiologische interventies, pijn en kwaliteit van leven werden niet gerapporteerd in de studie.Vroege versus late drainverwijderingWe includeerden één studie met 114 deelnemers met een laag risico op postoperatieve pancreasfistels, die werden gerandomiseerd naar de vroege drainverwijderingsgroep (N = 57) en de late drainverwijderingsgroep (N = 57) na pancreaschirurgie. Er was geen sterfte in beide groepen. Vroege drainverwijdering kan de morbiditeit (38,6% met vroege drainverwijdering versus 61,4% met late drainverwijdering; RR 0,63, 95% CI 0,43 tot 0,93; bewijs van lage kwaliteit), de duur van het ziekenhuisverblijf (MD -2,10 dagen, 95% CI -4,17 tot -0,03; bewijs van lage kwaliteit; 21,5% daling van een ‘gemiddelde’ duur van het ziekenhuisverblijf), en de ziekenhuiskosten (MD -EUR 2069,00, 95% CI -3872,26 tot -265,74; bewijs van lage kwaliteit; 17,0% daling van de ‘gemiddelde’ ziekenhuiskosten) licht verlagen. We waren niet zeker of vroege drainverwijdering extra open procedures voor postoperatieve complicaties verminderde (0% versus 1,8%; RR 0,33, 95% CI 0,01 tot 8,01; één studie; bewijs van zeer lage kwaliteit). Intra-abdominale infectie, wondinfectie, extra radiologische interventies, pijn, en kwaliteit van leven werden niet gerapporteerd in de studie.Conclusies van de auteurs: Het was onduidelijk of routinematige abdominale drainage enig effect had op de vermindering van mortaliteit na 30 dagen, of postoperatieve complicaties na alvleesklierchirurgie. Bewijs van matige kwaliteit suggereerde dat routine abdominale drainage waarschijnlijk de mortaliteit na 90 dagen licht verminderde. Bewijs van lage kwaliteit suggereerde dat het gebruik van een actieve drain in vergelijking met het gebruik van een passieve drain de duur van het verblijf in het ziekenhuis na pancreaschirurgie licht kan verminderen, en dat vroege verwijdering superieur kan zijn aan late verwijdering voor mensen met een laag risico op postoperatieve pancreasfistel.