Nodaal perifeer T cel lymfoom (nPTCL) heeft een agressief klinisch beloop, en het heterogene karakter en de slechte prognose met de huidige therapeutische strategieën maken het een doelwit voor de ontwikkeling van nieuwe prognostische merkers. Daarom onderzochten wij tumor-geassocieerde macrofagen (TAM) aan de hand van het aantal cellen die CD68 tot expressie brengen in biopten en het absolute aantal monocyten (AMC) in het perifere bloed van 87 patiënten met nPTCL. De mediane overall survival (OS) was 3 jaar (95% CI 1,3-8,4 jaar) en de geschatte 5-jaars OS van 43,3% (95% CI 32,5-53,7%). De mediane progressievrije overleving (PFS) was 1,5 jaar (95% CI 0,8-2,6 jaar) met een geschatte 5-jaars PFS van 29,2% (95% CI 19,7-39,3%). De cutoff voor AMC was 1,5 × 109/L en de mediane OS voor patiënten met AMC ≥ 1,5 × 109/L was 0,83 jaar versus 3,7 jaar voor degenen met AMC < 1,5 × 109/L (HR 2,32, 95% CI 1,03-5,22, p = 0,035). De mediane PFS voor patiënten met AMC ≥ 1,5 × 109/L was 0,50 jaar versus 1,5 jaar voor degenen met AMC < 1,5 × 109/L (HR 2,25, 95% CI 1,05-4,78, p = 0,031). CD68 werd geëvalueerd in 26/87 (29,8%) patiënten met een mediane expressie van 34% en een positiviteitsgrens van 43%. CD68 expressie was niet geassocieerd met OS of PFS noch met AMC waarden. Onze bevindingen suggereren dat een AMC van ≥ 1,5 × 109/L bij diagnose in perifeer bloed geassocieerd is met slechte prognose in nPTCL. Verder onderzoek in een groter cohort is nodig om onze resultaten beter te valideren.