Acacia rigidula (Black Bush Acacia) is inheems in het westen en zuiden van Texas en een aantal noordoostelijke Mexicaanse staten. In een natuurlijke omgeving wordt hij meestal aangetroffen op rotsachtige hellingen en langs ravijnbodems op hoogtes van 1100 tot 1800 voet boven zeeniveau. Hij komt voor als verspreide individuele plant en in clumps of struwelen. Onder natuurlijke groeiomstandigheden wordt de boom ongeveer 2 tot 2 meter hoog en even breed, maar in een landschappelijke omgeving zal hij waarschijnlijk groter worden. In Arizona staat de mede-nationaal kampioen Black Bush, 26 voet hoog, 29 voet breed en een stamdiameter van 16 inch, zoals aangewezen door de Arizona Chapter of the National Registry of Big Trees.
Geel- tot crèmekleurige bloemen, gerangschikt in ranke aren van 2 tot 3 inch, verschijnen van maart tot half juni. Uit deze bloemen ontwikkelen zich slanke peulen van ongeveer 15 cm lang. De boom is bladverliezend en de takken zijn gewapend met talrijke doornen. Black Bush gedijt in de volle zon en op verschillende grondsoorten en onder verschillende omstandigheden, waaronder zeer arme kalkhoudende (caliche) grond. De bomen groeien matig tot langzaam. Regelmatige irrigatie is nodig voor vestiging, maar bij afwezigheid van ernstige droogte, kan de plant worden genaturaliseerd om te overleven op woestijnregens. Maandelijkse zomerbevloeiing van volwassen, gevestigde bomen optimaliseert de groei en het uiterlijk. Onvolwassen bomen zijn schaars en woekerend, maar worden steeds dichter naarmate ze volwassener worden.
Deel van de unieke charme van deze boom, naast zijn bescheiden standbeeld, is zijn donkergroene, glanzende, dicht opeen staande loof, gedragen op stijve, dicht opeengepakte, grijsgeschorsde takken. In de zomer wordt Black Bush gemakkelijk verward met Texas Ebony (Pithecellobium flexicaule). De combinatie van deze eigenschappen maakt van Black Bush een uitstekende scherm-, barrière- of funderingsplant, als achtergrond voor andere bloeiende planten in het landschap of voor erosiebestrijding. Exemplaren kunnen als een grote opgaande struik blijven staan of worden gesnoeid tot een sculpturale boomvorm die het contrast tussen groene bladeren en grijze schors accentueert. Als bladverliezende boom wordt hij het best gebruikt in combinatie met groenblijvende bomen of heesters.