Inleiding: Aripiprazol, een atypisch of tweede-generatie antipsychoticum, wordt doorgaans goed verdragen. Het is een goedgekeurde behandeling voor schizofrenie en manie bij bipolaire stoornis type 1. In tegenstelling tot de andere antipsychotica heeft het agonistische eigenschappen met hoge affiniteit voor dopamine D2- en D3-receptoren. Het heeft ook 5-HT1A partiële agonist en 5-HT2A antagonist eigenschappen. Aripiprazol is een eerste- of tweedelijnsbehandeling die vaak wordt gebruikt omdat het minder bijwerkingen heeft, zoals gewichtstoename, slaperigheid, dyslipidemie, insulineresistentie, hyperprolactinemie en extrapyramidale symptomen.
Case-report: Wij rapporteren het geval van een 28-jarige mannelijke patiënt gediagnosticeerd met schizoïde persoonlijkheidsstoornis. Hij was een matige roker met af en toe sociale gokgewoonten. Na verschillende psychotische episoden werd hij eerst behandeld met risperidon, maar hij ervoer overmatige sedatie, verminderd libido, erectiestoornissen en werd overgeschakeld op 15 mg aripiprazol. Hij ontwikkelde een verslaving voor het gokken op casino speelautomaten. Wegens grote gokschulden verzocht hij om plaatsing op een vrijwillige zelfuitsluitingslijst. Daarna richtte hij zijn aandacht op het gokken met krasloten. De patiënt beschreef zijn ervaring van het gokken als een “hypnotische toestand”. Hij kreeg verschillende persoonlijke leningen om aan geld te komen om te kunnen blijven gokken. Hij werd vervolgens doorverwezen naar een verslavingskliniek. Voordat hij behandeld werd met aripiprazol, was hij een exclusieve heteroseksueel met een geringe seksuele activiteit. Onder behandeling schakelde hij over naar homoseksueel gedrag met hyperseksualiteit, onbeschermde seks en sadomasochistische praktijken. De drang naar gokken en compulsief seksueel gedrag stopten twee weken nadat aripiprazol was gestaakt en hij werd overgezet op amisulpride. Daarna meldde hij een terugkeer naar een heteroseksuele oriëntatie.
Discussie: Dwangmatige gedragingen zoals gokken, hyperseksualiteit en nieuwe seksuele oriëntatie komen vaak voor bij patiënten met de ziekte van Parkinson die worden behandeld met dopaminerge agonisten. Deze gedragingen hebben betrekking op het beloningssysteem, met een verhoogde dopaminerge activiteit in de mesolimbische banen en komen vaker voor bij jonge proefpersonen, mannen met eerdere gokgewoonten en tabaksgebruik. Een paar gevallen van aripiprazol-geïnduceerd pathologisch gokken en aripiprazol-geïnduceerde hyperseksualiteit zijn gerapporteerd. Voor zover wij weten, zijn wij de eerste die een geval van gokstoornis geassocieerd met hyperseksualiteit en verandering van seksualiteitsoriëntatie rapporteren. Aripiprazol is het enige antipsychoticum met agonistische eigenschappen voor de D2 dopamine receptor. Het kan ook werken als een versterker in de mesolimbische dopaminerge banen. Aripiprazol heeft ook 5-HT1A partiële agonist en 5-HT2A antagonist eigenschappen die seksuele activiteit kunnen bevorderen.
Conclusie: Aripiprazol is een antipsychoticum geassocieerd met verminderde bijwerkingen in vergelijking met andere antipsychotica. Wij rapporteren de casus van een patiënt die onder behandeling een gokstoornis, hyperseksualiteit en een nieuwe seksuele oriëntatie ervoer. Deze bijwerkingen zijn weinig bekend. Door schuldgevoelens is het voor patiënten meestal moeilijk om ze te noemen. De gevolgen voor het sociale leven, het gezin en de gezondheid kunnen ernstig zijn. Artsen en patiënten dienen zich bewust te zijn van de mogelijke problematiek van deze gedragsstoornissen met aripiprazol.