Achtergrond
Aripirazol is een antipsychoticum – een type medicijn dat wordt gebruikt om ernstige psychische stoornissen zoals paranoia te behandelen. Het is ook gebruikt voor de behandeling van gedragsproblemen (bijv. agressie, ernstige driftbuien) bij mensen met autismespectrumstoornissen (ASS). Aripiprazol blijkt goed te worden verdragen en gedragsproblemen te verbeteren bij andere stoornissen, zoals schizofrenie en bipolaire stoornis. Omdat aripiprazol een relatief nieuw geneesmiddel is, is het belangrijk om zowel de voordelen als de bijwerkingen van dit geneesmiddel bij patiënten met ASS te begrijpen.
Reviewvraag
Hebben kinderen en volwassenen met ASS baat bij behandeling met aripiprazol, vergeleken met andere kinderen en volwassenen met ASS die een medicijn zonder werkzame stof (placebo) krijgen?
Studiekarakteristieken
In deze review includeerden we drie studies die effecten van aripiprazol onderzochten. Twee waren kortdurende (acht weken) studies die evalueerden of aripiprazol gedragsproblemen verbeterde bij een totaal van 316 kinderen/adolescenten. De derde was een studie op langere termijn (tot 16 weken) waarin 85 kinderen/adolescenten van wie de symptomen aanvankelijk verbeterden met aripiprazol, de medicatie stopzetten om te evalueren of hun gedragsproblemen terugkwamen. Alle deelnemers waren tussen de zes en 17 jaar oud. Alle studies gebruikten meerdere gedragscontrolelijsten om de symptomen van ASS te beoordelen.
Key resultaten en kwaliteit van bewijs
Kortetermijnstudies vonden een verbetering van prikkelbaarheid, hyperactiviteit en stereotypie (d.w.z. repetitief gedrag) en ongepaste spraak bij kinderen/adolescenten met ASS die aripiprazol gebruikten in vergelijking met placebo. Onderzoekers vonden geen verbetering in lethargie/ontwenningsverschijnselen (d.w.z. gebrek aan energie en verminderde alertheid). Blanke kinderen/adolescenten hadden minder kans op terugval (terugkeer naar ouder, problematisch gedrag) bij het gebruik van aripiprazol, maar deze bevinding werd niet gerapporteerd bij kinderen/adolescenten van andere rassen. Het percentage bijwerkingen van bewegingsstoornissen zoals tremor, spierstijfheid en onwillekeurige bewegingen was hoger bij kinderen/adolescenten die aripiprazol innamen in alle trials. De resultaten van dit onderzoek suggereren dat kortdurend gebruik van aripiprazol prikkelbaarheid, hyperactiviteit en repeterende bewegingen bij kinderen/adolescenten met ASS kan verbeteren, hoewel zowel gewichtstoename als neurologische bijwerkingen (b.v. onwillekeurige bewegingen van het gezicht en de kaak) kunnen voorkomen. Kinderen en adolescenten die aripiprazol gebruiken dienen periodiek opnieuw te worden geëvalueerd om verbeteringen in ASS-symptomen en bijwerkingen te monitoren. Over het geheel genomen is de kwaliteit van dit bewijs matig. Sinds deze studies zijn uitgevoerd, is een bijgewerkte versie van het handboek voor de diagnose van ASS en andere aandoeningen gepubliceerd. Aanvullende studies die de veiligheid en voordelen van langdurig gebruik van aripiprazol evalueren, zouden nuttig zijn.