Volgens Erik Erikson, een vooraanstaand ontwikkelingstheoreticus uit de jaren ’50, moet de jeugd tijdens de adolescentie twee “crises” in het leven oplossen. In tegenstelling tot veel andere ontwikkelingstheoretici uit zijn tijd, bestrijkt Erikson’s psychosociale theorie van de menselijke ontwikkeling de gehele levensloop, inclusief de volwassenheid. Erikson gebruikte de term “crisis” om een reeks van interne conflicten te beschrijven die met ontwikkelingsstadia worden verbonden. Volgens de theorie van Erikson zal de manier waarop een persoon de crisis oplost, zijn persoonlijke identiteit en toekomstige ontwikkeling bepalen. In dit artikel beperken we onze bespreking tot de crises van de adolescentie, maar meer volledige informatie over de theorie van Erikson is te vinden in het artikel Inleiding tot de kinderontwikkeling.
De eerste crisis doet zich typisch voor tijdens de vroege tot midden-adolescentie, en wordt de crisis van identiteit versus identiteitsverwarring genoemd. Deze crisis vertegenwoordigt de strijd om een evenwicht te vinden tussen het ontwikkelen van een unieke, individuele identiteit en toch geaccepteerd te worden en “erbij te horen”. Jongeren moeten dus bepalen wie zij willen zijn, en hoe zij door anderen willen worden waargenomen. Erikson geloofde dat wanneer jongeren met succes door deze crisis navigeren, zij tevoorschijn komen met een duidelijk begrip van hun individuele identiteit en dat zij dit “zelf” gemakkelijk met anderen kunnen delen; daarom zijn zij gezond en goed aangepast. Het resultaat is dat ze zelfverzekerde individuen zijn die vrij kunnen omgaan met andere mensen zonder hun eigen identiteit te verliezen. Wanneer jongeren er echter niet in slagen om met succes door deze crisis te navigeren, zijn ze onzeker over wie ze zijn. Als ze dit niet begrijpen, kunnen ze sociaal geïsoleerd raken en zich afschermen van anderen; of omgekeerd, kunnen ze een overdreven gevoel van hun eigen belangrijkheid ontwikkelen en extremistische standpunten innemen. Volgens de theorie van Erikson zullen jongeren, wanneer zij in dit stadium blijven steken, niet in staat zijn om emotioneel volwassen volwassenen te worden.
De tweede crisis, die zich voordoet tussen de late adolescentie en de vroege volwassenheid, wordt de crisis van intimiteit versus isolement genoemd. Deze crisis vertegenwoordigt de strijd om de wederkerige aard van intimiteit op te lossen; d.w.z., om een wederzijds evenwicht te bereiken tussen het geven van liefde en steun, en het ontvangen van liefde en steun. Jongeren moeten dus bepalen hoe ze hechte vriendschappen buiten het gezin kunnen ontwikkelen en onderhouden, en hoe ze wederkerigheid kunnen bereiken in romantische relaties. Erikson geloofde dat wanneer jongeren succesvol door deze crisis navigeren, zij tevoorschijn komen met het vermogen om eerlijke, wederkerige relaties met anderen te vormen en de capaciteit hebben om zich met anderen te binden om gemeenschappelijke doelen te bereiken (b.v. huwelijk). Als jongeren er niet in slagen om deze crisis succesvol te doorstaan, kunnen ze afstandelijk en op zichzelf gericht worden; of omgekeerd, kunnen ze behoeftig, afhankelijk en kwetsbaar worden. Als jongeren deze crisis niet oplossen, stagneert hun emotionele ontwikkeling, en als gevolg daarvan blijven ze geïsoleerd en eenzaam zonder sociale steun.
Hoewel de theorie van Erikson invloedrijk blijft, is deze in de loop van de tijd herzien. De meeste ontwikkelingstheoretici beschouwen dit ontwikkelingsproces niet langer als een reeks “crises” op zich. Bovendien wordt dit ontwikkelingsproces beschouwd als veel vloeiender en flexibeler dan Erikson aanvankelijk dacht. Hedendaagse theoretici geloven nu dat het proces van het bepalen van iemands identiteit een natuurlijk proces is waarin jongeren “proberen” of experimenteren met verschillende identiteiten, en de verschillende uitkomsten van hun experimenten ervaren, om te bepalen wie zij zijn, en hoe zij door anderen willen worden waargenomen. Een meisje kan bijvoorbeeld nieuwsgierig zijn naar de gothic-subcultuur en besluit dat ze wel eens “gothic” zou kunnen worden. Dus laat ze een lippiercing zetten, verft haar haar zwart en begint veel zwarte en paarse Victoriaanse kleding te dragen met een verleidelijke flair. Ze gaat om met andere Goths, en luistert naar Goth muziek. Een van de gevolgen van dit identiteitsexperiment kan zijn dat ze wordt afgewezen door haar vroegere vrienden, en dat ze voortdurend wrijving heeft met haar ouders over haar “bizarre” kleding. Een ander resultaat zou kunnen zijn dat ze het gevoel heeft erbij te horen en kameraadschap deelt met leden van deze subcultuur, of misschien geniet ze van alle extra aandacht die ze nu krijgt. Deze uitkomsten kunnen de negatieve uitkomsten van haar experiment compenseren. Ze experimenteert met een andere identiteit en ervaart de resultaten van haar experiment. Uiteindelijk zal zij deze informatie gebruiken om over haar identiteit te beslissen.
Op vergelijkbare wijze zullen jongeren experimenteren met verschillende sociale vaardigheden en sociale strategieën. Een meisje kan bijvoorbeeld proberen zich afstandelijk en afstandelijk op te stellen tegenover jongens om te zien of ze op die manier meer aandacht trekt. Jongeren observeren ook leeftijdsgenoten en volwassenen die zij bewonderen om hun sociale vaardigheden te ontwikkelen en te verbeteren. Ze kunnen bijvoorbeeld naar een populaire tiener op een feestje kijken om betere sociale vaardigheden te leren. Het kan hen opvallen dat deze geliefde leeftijdsgenoot erg grappig is en een goede mop vertelt; of het kan hen opvallen dat hun levendige tante altijd naar de mening van anderen vraagt, in plaats van een gesprek te monopoliseren door over zichzelf te praten. Dit leerproces stelt hen in staat een sterk, sociaal netwerk te creëren van familie, vrienden en zelfs levenslange metgezellen. Tijdens dit proces zullen jongeren zowel successen als mislukkingen ervaren terwijl ze experimenteren met verschillende benaderingen tijdens hun interacties met anderen. Uiteindelijk stelt dit sociale ondersteuningsnetwerk jongeren in staat emotionele intimiteit te creëren met een paar selecte mensen, en bevrediging te vinden binnen deze relaties.
Meer over hoe jongeren sociale banden opbouwen, vindt u verderop in dit artikel.