Abstract
De structuur van de menselijke pulmonale acinus is slechts zelden beschreven. Het doel van deze studie was het bepalen van het vertakkingspatroon van respiratoire bronchiolen en alveolaire kanalen in een menselijke acinus uit het perifere deel van de long, waar ruimtebeperkingen het vertakkingspatroon van de luchtwegen kunnen hebben beïnvloed. De longen werden verkregen van een 18-jarig slachtoffer van een motorvoertuig ongeval en gefixeerd in inflatie onder een druk van 25 cm H2O. Een blok werd gesneden uit de onderste rand van de rechter onderste kwab en ingebed in plastic. Seriële secties werden gesneden en het vertakkingspatroon van de luchtwegen onderbroken door een terminale bronchiole werd gevolgd. De acinus werd aan twee zijden begrensd door pleura en aan de overige zijden door bindweefsel septa. De eindbronchiole splitste zich in twee respiratoire bronchiolen, die elk uitmondden in vier systemen van alveolaire ducten. Tussen de opeenvolgende systemen van alveolaire kanalen bleven de respiratoire bronchiën als afzonderlijke luchtwegen bestaan, die naar de periferie toe geleidelijk meer gealveoliseerd werden maar geen verdere vertakkingen van respiratoire bronchiën vertoonden. De kanaalsystemen werden minder complex naar de periferie toe, dicht bij de rand van de long. Het totale volume van de acinus was vergelijkbaar met dat gevonden in eerdere studies. Dit vertakkingspatroon is nog niet eerder beschreven in een menselijke acinus.