Deze studie is gebaseerd op focusgroepinterviews met 41 niet-activistische pro-life vrouwen, gehouden tussen 1989 en 1993. De respondenten waren hoofdzakelijk blank en vertegenwoordigden een verscheidenheid van christelijke denominaties. Bijna zonder uitzondering brachten de pro-life vrouwen hun standpunten over abortus tot uitdrukking door zich te beroepen op wat zij als wetenschappelijke feiten beschouwden. Zij verwachtten dat natuurlijke feiten hun bijbelse moraal zouden bevestigen en dus bekrachtigen. Dit naast elkaar plaatsen van wetenschappelijke beweringen en pro-levensovertuigingen is opmerkelijk omdat het de kenmerkende verhouding van pro-levensvrouwen tot de heersende culturele waarden meer in het algemeen weerspiegelt, en de weg bereidt voor hun reactie op de heersende bronnen van autoriteit en informatie, in het bijzonder de massamedia.
Voor pro-levensvrouwen vereiste de zoektocht naar wat zij “de ware feiten” noemden – het bewijs van Gods wegen, betekenissen en doeleinden – het doorworstelen van veel dat in de heersende maatschappij als onbevooroordeelde informatie wordt gepresenteerd. Veel respondenten gaven aan dat zij actief op zoek waren naar autoriteiten en gezaghebbende informatie die niet gecorrumpeerd waren door de waarden van de seculiere samenleving. Paradoxaal genoeg baseerden pro-life vrouwen zich bij het verwoorden van deze kritiek op seculiere vormen van argumentatie en claimden zij wetenschappelijke authenticiteit voor hun eigen bronnen. Uiteindelijk resulteerde hun selectieve kijkgewoonten in de opbouw van een alternatieve gemeenschap van denken en geloven.1