Een paar jaar geleden besefte ik dat ik jammerlijk onwetend was over manga. Niet alleen over wat als ‘canon’ wordt beschouwd, maar over hoe de hele industrie werkt. Toen ik rond die tijd Bakuman ontdekte, was ik aangenaam verrast om te zien dat sommige manga’s enigszins zelfreferentieel waren en een licht wierpen op het mangaproductieproces terwijl ze een onderhoudend verhaal vertelden. Sindsdien probeer ik mijn ogen open te houden voor manga in deze geest, en zo kwam ik terecht bij A Drifting Life van Yoshihiro Tatsumi.
Het boek is een memoires, waarin Tatsumi’s intrede in de manga en zijn vroege dagen als mangaka en, bij tijd en wijle, redacteur tot rond 1960 worden beschreven. (Met een korte epiloog in het midden van de jaren ’90.) Zoals de titel suggereert, volgt het verhaal niet altijd een rechte en logische weg. Het toont ons Tatsumi en enkele van zijn tijdgenoten die werken om professionele mangaka te worden, maar het bevat ook delen van hun formele scholing, mislukte romances, dronken nachten uit, en andere bijna non-sequitures ten opzichte van het hoofdverhaal. Er zijn ook bijkomende sociale wegwijzers doorheen het boek, die vermelden wanneer merkwaardige gebeurtenissen in Japan plaatsvonden om een bredere culturele context te geven.
De details over hoe uitgevers te werk gingen waren het meest fascinerend voor mij. Zoals ik al zei, kwam ik naar het boek in de eerste plaats met een interesse in precies dat. Die culturele wegwijzers hielpen ook enorm, bijvoorbeeld om te verklaren waarom uitgevers vaak via telegram met kunstenaars communiceerden. Ik had liever gezien dat sommige blinde vlekken (zoals de mislukte romances) waren geschrapt ten gunste van extra discussies over manga. In die tijd was er blijkbaar een gezond debat over de verschillen/gelijkenissen tussen manga zoals het traditioneel gekend was en gekiga en komanga. Maar die discussies zijn grotendeels slechts toespelingen, en er is weinig beschrijving van wat gekiga zelfs is.
Voor zo’n afschrikwekkend boek van meer dan 850 pagina’s, leest het verrassend snel. Tatsumi’s stijl is vrij licht en cartoony, waarschijnlijk bij te dragen aan die relatief snelle lezing. Hij verdiept zich ook niet in bijzonder complexe kwesties of problemen. Tegen het einde raakt hij even verwikkeld in een protest tegen The Treaty of Mutual Cooperation and Security between the United States and Japan, maar hij vat het standpunt van de oppositie samen met een bijna terloopse opmerking en zegt zelfs botweg dat hij vooral werd meegesleept in de emotie van de demonstratie zonder een inhoudelijk begrip van het verdrag zelf.
Hoewel het snel ging, had ik toch meerdere sessies nodig om het allemaal door te lezen. Wat ik alleen vermeld omdat het herhaaldelijk openen en sluiten van het boek ertoe leidde dat de lijm op de rug begon te haperen toen ik bij de laatste 100 of zo pagina’s kwam. Het is zo’n dik boek dat de binding die voor een typische paperback wordt gebruikt een beetje ontoereikend lijkt. Het is mogelijk dat ik toevallig een slecht exemplaar heb gekregen, maar ik heb het gevoel dat mijn exemplaar niet het enige is dat al voor één keer lezen uit elkaar begon te vallen.
A Drifting Life is een fascinerende en gedetailleerde beschrijving van het ontstaan van de manga industrie, en het leven van enkele van de oorspronkelijke sterren, het meest natuurlijk Tatsumi zelf. Er is verrassend weinig emotionele diepgang, maar de feitelijke en contextuele aspecten van het boek, waar ik toch meer in geïnteresseerd was, maken dat meer dan goed.
‘+relatedpoststitle+’
Gerelateerde artikelenOver de geschiedenis