Назад к списку
“Een kernthema van de soetra is het idee dat alle mensen in gelijke mate en zonder uitzondering de ‘Boeddha-natuur’ bezitten. De boodschap van de Lotus Soetra is het aanmoedigen van het geloof van mensen in hun eigen Boeddhanatuur, hun eigen inherente vermogen tot wijsheid, moed en mededogen.”
De leringen van Shakyamuni, de historische stichter van het boeddhisme, zijn vastgelegd in een enorm corpus van teksten, bekend als soetra’s. De manier waarop de filosofie van het boeddhisme in de soetra’s wordt gepresenteerd, varieert sterk. Dit kan door een aantal factoren worden verklaard. Gedurende de ongeveer 50 jaar dat Shakyamuni zijn leringen deelde met de mensen van zijn tijd, reisde hij veel door India. In plaats van zijn filosofie op een systematische manier uiteen te zetten, nam zijn onderricht voornamelijk de vorm aan van een dialoog. Hij ontmoette mensen met de meest uiteenlopende achtergronden – van ministers van staat tot ongeletterde mannen en vrouwen – en probeerde antwoord te geven op hun vragen en twijfels. Bovenal probeerde hij antwoorden te geven op de fundamentele vragen van het menselijk bestaan: Waarom worden we geboren en moeten we het onvermijdelijke lijden van ziekte, ouderdom en dood ondergaan?
De soetra’s werden samengesteld in de jaren na de dood van Shakyamuni; men denkt dat de Lotus Soetra werd samengesteld tussen de eerste en tweede eeuw na Christus. In het Sanskriet staat het bekend als de Saddharmapundarika-soetra (letterlijk: “juiste dharma witte lotus soetra”). Zoals vele Mahayana soetra’s, verspreidde de Lotus Soetra zich via de “noordelijke transmissie” naar Centraal Azië, China, Korea en Japan. De Lotus Soetra kwam oorspronkelijk in China binnen in de derde eeuw v. Chr. en zou zijn vertaald in verschillende versies van het Chinees, waarvan er drie complete versies zijn overgebleven. De vijfde-eeuwse vertaling van Kumarajiva (344-413 v. Chr.) wordt als bijzonder voortreffelijk beschouwd; de filosofische helderheid en literaire schoonheid ervan zouden een rol hebben gespeeld bij de wijdverbreide verering van deze soetra in geheel Oost-Azië.
De titel van de Lotus Soetra in Kumarajiva’s vertaling, Myoho-renge-kyo, bevat de essentie van de gehele soetra, en het was op basis van deze realisatie dat Nichiren (1222-1282 C.E.) de aanroeping van Nam-myoho-renge-kyo als zijn boeddhistische kernbeoefening instelde.
De Lotus Soetra wordt beschouwd als de soetra die het doel vervult van Shakyamuni’s komst in de wereld, uitgedrukt in deze woorden: “In het begin legde ik een gelofte af, in de hoop alle personen aan mij gelijk te maken, zonder enig onderscheid tussen ons.” Met andere woorden, het doel van Shakyamoeni’s komst was om alle mensen in staat te stellen dezelfde staat van volmaakte verlichting te bereiken, waardoor hij bekend werd als “Boeddha,” of “ontwaakte.”
De Lotus Soetra bevat een aantal concepten die revolutionair waren zowel binnen de context van de boeddhistische leer als binnen de bredere sociale context van die tijd. Veel van deze concepten worden niet expliciet genoemd, maar worden geïmpliceerd of gematerialiseerd in de dramatische en zelfs fantastisch lijkende gebeurtenissen die in de tekst worden afgebeeld. Veel van het genie van latere geleerden van de soetra, zoals T’ien-t’ai (538-597 v. Chr.), lag in hun vermogen om deze principes te extraheren en te systematiseren.
Een kernthema van de soetra is het idee dat alle mensen in gelijke mate en zonder uitzondering de “Boeddha-natuur” bezitten. De boodschap van de Lotus Soetra is het aanmoedigen van het geloof van mensen in hun eigen Boeddhanatuur, hun eigen inherente vermogen tot wijsheid, moed en mededogen. Het universele vermogen tot verlichting wordt aangetoond aan de hand van de voorbeelden van mensen voor wie deze mogelijkheid van oudsher werd ontkend, zoals vrouwen en mensen die slechte daden hadden begaan.
In veel soetra’s wordt een aantal van Shakyamuni’s oudere discipelen veroordeeld als mensen die, door arrogante gehechtheid aan hun intellectuele vermogens en hun in zichzelf gekeerde beoefening, “de zaden van hun eigen verlichting hebben verschroeid”. De diepzinnigheid van Shakyamuni’s leringen in de Lotus Soetra wekt echter in hen de geest van nederigheid en mededogen. Zij beseffen dat alle mensen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn in hun streven naar verlichting, en dat als wij zelf naar geluk verlangen, het noodzakelijk is dat wij werken voor het geluk van anderen.
In deze soetra toont Shakyamuni bovendien aan dat hij werkelijk verlichting bereikte in het oneindige verleden, en niet in zijn huidige leven zoals door zijn volgelingen was aangenomen. Dit illustreert, aan de hand van het concrete voorbeeld van zijn eigen leven, dat het bereiken van verlichting niet betekent te veranderen in of te worden tot iets wat men niet is. Het betekent veeleer het openbaren van de inherente, “natuurlijke” staat die reeds in iemand aanwezig is.
Zoals Daisaku Ikeda heeft geschreven, is de Lotus Soetra uiteindelijk een onderricht over empowerment. Het “leert ons dat de innerlijke vastberadenheid van een individu alles kan transformeren; het geeft de ultieme uitdrukking aan het oneindige potentieel en de waardigheid die inherent zijn aan elk menselijk leven.”