ACHTERGROND
De schildklier bevindt zich meestal in het onderste derde deel van de hals, voor de luchtpijp (trachea) en boven het borstbeen. Bij sommige patiënten kunnen de schildklier of massa’s in de klier groot worden en zich uitstrekken in de bovenste borstkas in een ruimte die bekend staat als het mediastinum. Dit staat bekend als een substernale schildklier. Als de schildklier in deze ruimte uitsteekt en operatief moet worden verwijderd, kan dit in de meeste gevallen via een incisie in de hals worden gedaan. In veel minder gevallen moet ook de borstkas chirurgisch worden geopend (door een sternotomie), wat een uitgebreidere en invasievere operatie is. In de twee besproken studies wordt nagegaan bij welke patiënten de kans groter is dat de schildklier zich uitbreidt tot in de borstkas, welke invloed dit heeft op het chirurgisch resultaat en hoe kan worden voorspeld bij wie een ingreep nodig is waarvoor de borstkas moet worden geopend.
DE VOLLEDIGE TITEL VAN HET ARTIKEL:
Moten AS et al. Demographics, disparities, and outcomes in substernal goiters in the United States. Am J Surg. January 6, 2016 .
Nankee L et al. Substernal goiter: when is a sternotomy required? J Surg Res 2015;199:121-5. Epub April 18, 2015.
Samenvatting van de studie
De eerste studie (Moten, et al.) keek naar een grote database van patiënten die tussen 2000 en 2010 een volledige of eenzijdige substernale thyreoïdectomie ondergingen. Zij werden vergeleken met patiënten die een volledige of eenzijdige thyroïdectomie ondergingen waarbij een deel van de schildklier niet in de borstkas werd geplaatst. De groep bestond uit 110.889 patiënten die tijdens de studieperiode een schildklieroperatie ondergingen. Van deze patiënten hadden er 5525 een substernale thyroïdectomie nodig. De patiënten bij wie schildklierweefsel uit de borstkas moest worden verwijderd, waren vaker ouder, Afro-Amerikaans, hadden een hoge bloeddruk, diabetes of zwaarlijvigheid. Deze patiënten moesten meestal langer in het ziekenhuis blijven en hadden vaker een spoedoperatie nodig. Patiënten die een suboperatieve thyroïdectomie moesten ondergaan, hadden een verhoogde kans op verschillende postoperatieve complicaties: bloedingen/hematomen, ademhalingsstoornissen, longembolie/diepe veneuze trombose, hypoparathyreoïdie, hypocalcemie, klaplong, bloedbaaninfecties, accidentele punctie of scheuring, en overlijden.