Er wordt onderscheid gemaakt tussen het operationele vluchtplafond (ook wel eens “praktisch vluchtplafond” genoemd) en het absolute vluchtplafond. Het operationele (of praktische) vliegplafond is de maximale hoogte waarop een vliegtuig de functies waarvoor het ontworpen is, naar behoren kan vervullen. Het absolute plafond is nog hoger dan het praktische plafond en komt overeen met de hoogste hoogte waarop een vliegtuig een horizontale vlucht kan handhaven, hoewel in het geval van vliegtuigen met cabinedrukregeling het absolute plafond ook de hoogte is waarop het cabinedruksysteem niet langer voldoende zuurstof voor passagiers en bemanning kan handhaven, en waar het drukverschil zo groot is dat de onder druk staande cabine van het vliegtuig onder hoge druk komt te staan. De meeste commerciële en zakenvliegtuigen (lijnvliegtuigen en privéjets) hebben een absoluut vluchtplafond van ongeveer 12.800 meter (42.000 voet), terwijl sommige zakenjets 15.850 meter (52.000 voet) kunnen bereiken.
De term voor “operationeel vluchtplafond” is dienstplafond. Daarom gebruiken sommige Spaanstaligen in veel gevallen de term “techo de servicio”, maar “techo de servicio” is een onwettig calque uit het Engels, de correcte termen in het Spaans om het dienstplafond correct te vertalen zijn “techo de vuelo operativo” of “techo de vuelo práctico”.