Abrahams standvastige geloof, zijn vastberaden gehoorzaamheid en zijn positie als de eerste van de Hebreeuwse patriarchen maken hem tot een van de meest significante figuren in de Bijbel. In Genesis 17:4-7 sloot God een verbond met Abraham en zijn nakomelingen, waarin Hij verklaarde dat eerstgenoemde de vader zou worden van vele volken en dat koningen uit zijn bloedlijn geboren zouden worden.
Daaruit volgt dat Abraham de stamvader is van de 12 stammen van Israël via zijn zoon Izaäk. Hij wordt ook erkend als de aartsvader van de drie monotheïstische of Abrahamitische godsdiensten – Christendom, Jodendom en Islam – waarvan de laatste voortkomt uit zijn eerstgeboren zoon, Ismaël.
Hoe onthult de Bijbel echter Gods bedoeling om Abraham te kiezen als de Vader van Israël en alle volken?
Een naamsverandering en een belofte
Abraham heette oorspronkelijk Abram (in het Hebreeuws Avram), wat “de Vader is verheven” betekent. Zijn vrouw was Sarai, wat “mijn prinses” betekent.
In Genesis 12:2 beloofde God Abram eerst hem te zegenen en hem tot een groot volk te maken: “Ik zal u tot een groot volk maken en ik zal u zegenen; ik zal uw naam groot maken en u zult tot een zegen zijn.”
God maakte zijn belofte verder waar in Genesis 15:5: “Hij nam hem mee naar buiten en zei: “‘Kijk omhoog naar de hemel en tel de sterren – als je ze inderdaad kunt tellen.’ Toen zei Hij tegen hem: ‘Zo zal ook uw nageslacht zijn.'”
In Genesis 17 verscheen God opnieuw voor Abram en sloot een verbond met hem, waaraan Hij zich zou houden met Abrahams nageslacht. Abraham voldeed zonder twijfel aan alle eisen die God stelde, waaronder de besnijdenis van de man, die een uiterlijk teken zou zijn van het verbond tussen God en zijn kinderen.
Daarnaast beloofde God Abram dat Hij “de vader van vele volken” zou zijn (Genesis 17:4) en dienovereenkomstig veranderde Hij zijn naam in Abraham (Avraham in het Hebreeuws). God veranderde ook de naam van Abrahams vrouw in Sarah, wat “prinses” betekent. De vorstelijke connotatie weerspiegelde dat koningen, waaronder Jezus Christus, uit haar geslacht geboren zouden worden.
Daarnaast zou Sarah, als Abrahams vrouw, de moeder van alle volken worden door de zoon die zij hem zou baren (Genesis 17:16). Toen hun zoon Izaäk geboren werd, was Abraham respectievelijk 100 en Sarah 90 jaar oud.
God’s specifieke belofte
Abraham werd geboren in Ur in de Chaldeeën. Hoewel de Bijbel weinig uitlegt over zijn leven tot aan de leeftijd van 70 jaar, onthult Jozua 24:2 dat Abraham in Mesopotamië woonde, waar zijn vader Terah zich bezighield met polytheïsme.
Hoewel wij niet weten of Abraham zich in zijn vroegere jaren met dezelfde afgoderijpraktijken van zijn familie had ingelaten en in welke mate, weten wij wel dat Abraham een groot geloof in God tentoonspreidde.
Het was in feite zijn standvastig geloof, zijn onvoorwaardelijke gehoorzaamheid, en zijn voortdurend zoeken naar God, waarvan men gelooft dat het de reden was waarom God Abraham uitkoos om de eerste aartsvader van de Hebreeën te zijn, en uiteindelijk van de rest van de volkeren.
Dit blijkt duidelijk uit Genesis 12:1-6 toen Abraham gehoorzaamde aan Gods oproep om Mesopotamië te verlaten en met Sara, zijn neef Lot en hun hele hebben en houden naar het land Kanaän te reizen. Hebreeën 11:8 zegt: “Door het geloof gehoorzaamde Abraham, toen hij geroepen werd om te gaan naar een plaats die hij later als zijn erfdeel zou ontvangen, en ging, hoewel hij niet wist waarheen hij ging.”
In Genesis 22 doorstond Abraham een belangrijke test van gehoorzaamheid toen hij bereid was zijn zoon op Gods bevel te offeren. Toen Abraham naar zijn mes greep om zijn zoon te doden, hield God hem tegen en herhaalde Zijn belofte dat zijn nageslacht talrijk zou zijn en dat door hen alle volken op aarde gezegend zouden worden (Genesis 22:16-18).
Gods genade en Abrahams onwankelbare geloof vervulden de verbondsbeloften dat Abraham en zijn nageslacht gezegend zouden worden:
Daarom komt de belofte door het geloof, zodat zij uit genade geschiedt en gewaarborgd wordt voor al Abrahams nakomelingen – niet alleen voor hen die van de wet zijn, maar ook voor hen die het geloof van Abraham hebben. Hij is de vader van ons allen (Romeinen 4:16)
Gods Doel
Waarom verkoos God een gewone man te zegenen met een groot aantal nakomelingen, die op hun beurt ook gezegend zouden worden?
In Galaten 3:29 staat: “Indien gij Christus toebehoort, zo zijt gij Abrahams zaad, en erfgenamen naar de belofte.”
Het plan van God om Zijn geschenk van verlossing aan de mensheid te brengen door Zijn Zoon begon met Abraham. Hij was de wortel van de verlossing van de mensheid, waardoor de genealogie van Jezus Christus zou worden vastgesteld.
Een vervulling van geestelijke zegeningen
Als afstammelingen van Abraham zijn ook wij in staat de geestelijke zegeningen te ontvangen die God Abraham beloofde: “Maar gij, Israël, mijn knecht, Jakob, die Ik verkoren heb, gij afstammelingen van Abraham, mijn vriend” (Jesaja 41:8).
Door Gods genade kunnen wij verlossing vinden en verlossing ontvangen door het kostbare bloed van Jezus Christus. En het begon allemaal met Vader Abraham.
Photo Credit: ©iStock/Getty Images Plus/Inner_Vision
Madeline Kalu is een christelijke schrijfster en de mede-oprichtster van Jacob’s Ladder Blog. Ze is geboren in Engeland maar woont momenteel in Duitsland met haar man, Solomon. Als antwoord op de angst, bezorgdheid en wanhoop die de COVID-19 pandemie veroorzaakt, heeft Jacob’s Ladder Blog een gratis EBook geschreven getiteld “Meer dan overwinnaars door Christus” om te bemoedigen, te versterken en hoop te geven temidden van deze pandemie. U kunt het EBook downloaden of online lezen op www.jacobsladderblog.com.