Het valt niet te ontkennen dat sommige mensen een sterker verlangen hebben om het onbekende meer te ervaren dan anderen.
Sommigen zijn tevreden met een kantoorbaan en een paar weken aan zee per jaar. Anderen willen de helft van het jaar in Australië doorbrengen en de rest in India.
Maar zou genetica een rol kunnen spelen?
Sinds een aantal jaren hebben wetenschappelijke studies verbanden gevonden tussen nieuwigheid zoekende persoonlijkheidskenmerken en een genvariant bekend als DRD4-7R, die sindsdien bekend is geworden als het reislustgen.
Wat is het Wanderlust-gen?
Het gen is een variant van DRD4, een receptor die ons dopamineniveau regelt.
Dit is een chemische stof in de hersenen die de belonings- en genotscentra in onze hersenen helpt te controleren. Wanneer we iets ervaren waarvan we genieten, komt dopamine vrij, wat onze hersenen helpt om dat ding met plezier te associëren.
De meeste mensen kunnen hun dopamine-fix krijgen van kleine dingen.
Het eten van chocolade of het kijken naar foto’s van gelukkige herinneringen is meestal genoeg. Anderen hebben echter een lagere gevoeligheid voor dopamine en moeten daarom op zoek naar grotere, meer opwindende ervaringen om hun afgifte van dopamine te verhogen.
Onderzoek toont aan dat de DRD4-7R-variant verband houdt met een lagere dopaminegevoeligheid.
Dit zou kunnen verklaren waarom mensen met de variant risicovoller gedrag lijken te vertonen.
Dit omvat reizen, maar de genvariant is ook gekoppeld aan andere dingen, zoals drugsgebruik en financiële risico’s. Een studie uitgevoerd door de National Geographic vond verbanden met nieuwsgierigheid, rusteloosheid en passie.
Geschat wordt dat ongeveer één op de vijf mensen het gemuteerde gen bezit.
Maakt DRD4-7R echt dat je wilt reizen?
Veel van het onderzoek naar DRD4-7R werd uitgevoerd op dieren, met overtuigende verbanden gevonden bij vogels en paarden.
Onderzoek bij mensen heeft wisselende resultaten opgeleverd.
Richard Paul Ebstein, hoogleraar psychologie aan de National University of Singapore, heeft echter de laatste 20 jaar besteed aan het bestuderen van de genvariant.
Hij gelooft dat er een duidelijk verband is tussen DRD4-7R en het zoeken naar spanning, en vertelde de Telegraph dat “het verhaal over het geheel genomen coherent is”.
Ongelooflijk genoeg vond een eerdere studie een hogere frequentie van het mutante gen in populaties die het verst weg waren gemigreerd van het Pangea continent dat we ooit allemaal thuis noemden, wat zou kunnen suggereren dat het een gen is dat is gevormd door reizen en dat verdere reizen aanmoedigt.
Hoewel, met een schatting van tussen de 19.000 en 20.000 genen in het menselijk genoom, is het belachelijk om te suggereren dat één bepaald gen ons meer geneigd maakt om te reizen.
Het Wanderlust Gen speelt waarschijnlijk een rol in ons verlangen om nieuwe dingen te ervaren.
Hoewel, het speelt zeker niet de enige rol.
In plaats van een reisgen, is DRD4-7R het best omschreven als een risico-gen. Het is het verschil tussen een weekje strandvakantie en een bergbeklimming als sensatiezoeker.