In de filmindustrie wordt de kwaliteit van een film aangeduid als de “productiewaarde”. Films met een hoger budget zullen meestal een hoge productiewaarde hebben, vanwege de grotere investering van middelen. Het is het doel van de meeste filmmakers om films te maken die stijlvol en aantrekkelijk zijn, en gebruik maken van speciale effecten van hoge kwaliteit in combinatie met exotische locaties. Het maken van deze films kan vrij kostbaar zijn, wat een grote gok betekent voor potentiële investeerders.
In sommige gevallen worden films opzettelijk gemaakt met een lage productiewaarde, omdat het campy aspect van goedkope films in sommige genres wordt gewaardeerd. “B-films”, zoals ze worden genoemd, worden gekenmerkt door onrealistische speciale effecten, slechte continuïteit en korrelige film. In sommige gevallen zijn deze films leuk om naar te kijken en vaak ook om te maken. Low budget films maken is een kunstvorm, en vooral in de jaren negentig, toen mensen gemakkelijk video konden opnemen en verspreiden, werd het vrij populair.
De meeste bioscoopbezoekers verwachten echter een hoge productiewaarde wanneer ze naar de bioscoop gaan, en als gevolg daarvan doen Hollywood-regisseurs hun best om realistisch ogende effecten en geavanceerde camerashots te bereiken. Big budget films maken vaak gebruik van unieke locaties, stellaire speciale effecten, en geavanceerde technologie om te creëren wat ze hopen dat een publiekslieveling film zal zijn. Bovendien verhogen veel acteurs van grote namen de productiewaarde van een film.
Veel low budget filmmakers proberen het uiterlijk van een film met een hoge productiewaarde te bereiken, hetzij door veel middelen te investeren in een of twee scènes, hetzij door verschillende trucs van het vak te gebruiken om de kwaliteit van de film te verbeteren. Deze trucs omvatten het spelen met camerahoeken, het vertrouwen op een sterk script, het gebruik van minder bekende karakteracteurs, en het integreren van unieke belichtingstechnieken. Het gebruik van oude vaardigheden op een nieuwe manier kan de productiewaarde van een film verhogen, waardoor deze uiteindelijk aantrekkelijker wordt voor investeerders.
Om een film commercieel te laten slagen, is meestal een hoge productiewaarde nodig, tenzij de filmmakers een bewuste artistieke keuze hebben gemaakt om voor de look van een film met een lage productiewaarde te gaan. Daarom willen potentiële producenten en investeerders er zeker van zijn dat de film die zij financieren aan deze criteria zal voldoen, wat zal resulteren in een grote opbrengst aan de kassa’s. Veel filmmakers voorzien investeerders van een proof of concept, waarin wordt getoond hoe de film zal worden gepresenteerd en hoe nieuwe technieken zullen worden gebruikt. Dit is vaak het geval bij films die zwaar leunen op digitale elementen.
Ultimately, hoge productiewaarde is het resultaat van een combinatie van factoren, waaronder een sterk script, goed acteerwerk, cinematografie, en speciale effecten. Een vastberaden filmmaker kan met de juiste technieken een uitstekende film maken in een kelder, hoewel de miljoenen dollars achter big budget films het meestal gemakkelijker maken.