Historische ontwikkeling van de wetten op de toegang tot informatie
In het midden van de 20e eeuw was een aantal officiële geheimhoudingsregelingen ingevoerd (b.v. de Britse Official Secrets Act van 1911), maar de ontwikkeling van de bredere familie van wetten op de toegang tot informatie is vooral een verschijnsel van de tweede helft van de eeuw. Zij vindt haar oorsprong afwisselend in een reactie op het totalitarisme, in een wantrouwen tegenover de democratische staat, in het consumentisme en in het libertarisme. Er is een groeiend debat over de vraag of de rechten die in deze wetten zijn vervat, fundamentele mensenrechten zijn. Internationale rechtsinstrumenten geven steun aan het argument dat de rechten inzake de persoonlijke levenssfeer deze status hebben (bijvoorbeeld het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens). Maar in het laatste deel van de 20e eeuw was er enige suggestie dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens bereid was een recht op informatie af te leiden, zij het een gedeeltelijk recht, uit andere rechten in het Europees Verdrag.
De verspreiding van deze familie van wetten over de westerse wereld en daarbuiten is aangemoedigd door donoren en ontwikkelingsorganisaties (die vrijheid van informatie zien als een bolwerk tegen corruptie) en door handelsblokken (met name de Europese Unie, die met haar handelspartners overeenkomsten heeft gesloten om de toepassing van gegevensbeschermingsbeginselen op grensoverschrijdende gegevensstromen te waarborgen).
De snelheid waarmee wetten inzake de toegang tot informatie zich ontwikkelden, nam in de laatste twee decennia van de 20e eeuw sterk toe. De komst van de informatiemaatschappij betekende dat meer economische en sociale macht werd toegekend aan de controle op de toegang tot informatie. De technologische veranderingen brachten ook een reeks nieuwe juridische uitdagingen met zich mee, niet in het minst die betreffende de definitie in de wet van basisinformatiebegrippen waarvan de betekenis in de elektronische omgeving is veranderd (b.v. “origineel” en “archiefdocument”).
Andrew McDonald